woensdag 30 november 2011

Het Café is Occupied

Het Beursplein lag er vies en verlaten bij. Het was over tienen; zouden de demonstranten nog slapen? Koud, man. Tussen het Beurscafé en het nietige tentenkamp stonden twee oranje Boels-busjes geparkeerd: Party & Events.

Een meeuw krijste.

Ik haastte me het café in. Achter de Ruygrok-bar scharrelde een dametje in een zwart schort rond. Veel had ze niet te doen; slechts één tafeltje was bezet.

‘Goedemorgen,’ zei ze overdreven luid. ‘Wat kan ik voor u inschenken?’

maandag 28 november 2011

Shit happens

Als ik niet beter wist, dacht ik dat ik achterlijk was. Dat denk ik sinds ik een kind heb. De imbeciele nieuwsbrieven, tijdschriften en Google Adwords vliegen mij om de oren. Vrouwen die moeder worden, verliezen en passant een IQ-punt of vijftig – dat lijkt de heersende opvatting. Meestal lukt het me die onzin te negeren, maar soms dringt de idiotie zich aan me op.

Bij het opentrekken van een pak Pampers, bijvoorbeeld. Bovenop de luiers trof ik laatst een kaartje aan. Afgeronde hoeken, zes talen: ja hoor, daar gaan we weer.

Lieber Kunde (‘Hello!’, ‘Hej!’), beseft u wel dat deze luiers ‘extra absorbing zones’ bevatten? En heeft u ze al gezien, ‘de vrolijke nieuwe figuren waar u en uw baby veel plezier aan zullen beleven’? NOUVEAUX personnages. ‘Hopelijk vinden jullie het beiden leuk.’

maandag 3 oktober 2011

Ik zeg nee

Nu de linnen jurkjes en mouwloze rompertjes eindelijk de hoogste kast in kunnen, ga ik er weer aan. Aan het schrijven, het échte schrijven. Ik maakte er de laatste maanden geen tijd voor, druk als ik was met geld verdienen. Opdrachten landden op mijn schoot als goudomrande herfstbladeren, en ik zei ja.

Een slechtbetaald maar snel geschreven interview met een of andere BN’er? Ja. Een lucratieve opdracht over subsidiabel HR+ glas dan wel hefschuifpuien? Ja. Ja, ja, ja.

Dat is voorbij. Ik zeg nee. Voor zover mijn bankrekening dat toelaat, leg ik mij vanaf heden – afgezien van de onvermijdelijke groentepapjes en de daaraan verbonden poepluiers – toe op Hogere Zaken.

vrijdag 1 juli 2011

Koud-Zuid

‘Chérie! On regarde bien quand on traverse la rue!’

Ik kijk op van mijn delicieuze café au lait. Een moeder in wit mantelpak steekt de straat over, haar dochtertje stevig tegen zich aan gedrukt. Halverwege trekt het meisje – bruin haar, blinkend in de ochtendzon – zich los en rent weg.

‘Marie! Mais où vas-tu? Reviens!’

Op haar witte pumps dribbelt ze haar dochter achterna, langs het terras van Le Pain Quotidien (‘Boulangerie et Table Commune’) – mijn gezichtsveld uit.

zondag 26 juni 2011

Plakkie troost

Sarah gaat een maand weg en ze bakte mij een cake. Ik weet niet zo goed wat het verband tussen die twee zinsdelen is, vandaar dat flauwe ‘en’. Mijn vermoeden: de oppas van mijn dochter bakte die cake omdát ze weggaat. “Voordat ik vertrek,” zei ze na haar laatste oppasbeurt, “kom ik nog even een zelfgemaakte cake brengen.”

Mijn oppas is zo out-of-this-world liéf. Dat ze weggaat, bedroeft mij zeer. Een hele maand verdwijnt ze uit het leven van mijn kindje. Een maand! Eén zesde van Liselotte’s leven!

woensdag 22 juni 2011

The times they are a-social

Er scheelt iets. Ik ben alweer een dag of vijf, zes, terug van vakantie, maar heb nog geen enkele behoefte gevoeld om dit te melden op Facebook of Twitter.

Misschien ligt het aan weer hier in Nederland (gewoon aso). Maar misschien ligt het aan mij – en ben ik aso.

Ik heb geen zin in andermans gewauwel, geen zin om al die verwaarloosde berichtjes te doorploegen.

zondag 29 mei 2011

De Rus van weinig woorden

Pagina 11 van de Volkskrant was vrijdag bedrukt met één woord: morgen. Twee pagina’s verderop stond hetzelfde, met daarbovenop in transparante letters: morgen is vandaag.

Even dacht ik dat het een boodschap van KWF Kankerbestrijding betrof – iedereen verdient een morgen – maar het waren oranje letters, en KWF is meer van het blauw en het rood.

Raar, dacht ik. Wie besteedt twee keer €30.000 aan een advertentie met een flutslogan?

TNT Post dus. Of beter: PostNL, de zoveelste nieuwe naam voor het bedrijf.

En toen ging de bel.

donderdag 26 mei 2011

Belofte uit een flesje

Ik werd wakker en dacht meteen aan seks.

Meestal denk ik aan seks op andere momenten. Bij het wakker worden denk ik bijster weinig. Aan hoe moe ik nog ben, hooguit.

Pfft, pfft.

En toch, ongetwijfeld: sex was in the air.

Nog eens: pfffffft.

Het geluid kwam uit de badkamer – en net toen ik dacht: o, parfum – toen knalden mijn reukneuronen haast uit elkaar en vulde mijn hele lijf zich met het meest delicieuze aroma ooit.

Het was – ik was – Chanel Allure Edition Blanche.

maandag 23 mei 2011

Een popperig Goois stadje

Het FotoFestival Naarden zwalkt en zwabbert dat het een lieve lust is. De biënnale krijgt in de Volkskrant van vandaag weliswaar drie sterren, maar na het lezen van de recensie ligt de gevoelstemperatuur toch een ster of twee lager.

Was het anders geweest als de curatoren geen slogan hadden gekozen? ‘Let’s Face It’, luidt die. Prima, toch?

Prima?! Wat dacht je van ‘voorspelbaar’? Van ‘flauw’? Ja hallo, dit is een slogan, dit is niet zomaar iets!

donderdag 19 mei 2011

Jamie's grootste fan

Eigenlijk wilde ik dit stukje als volgt beginnen:

‘Waar was u op 18 mei 2011 om 16u45? Nou? Waar wás u? Ik weet het wel hoor, waar ik was. Ik was erbij. Bij de lancering van Jamie Magazine, inderdaad ja! Wat dat is? De Nederlandse variant van, eh, Jamie Magazine. Jamie as in Jamie Oliver, the naked chef. Spectaculair was het. Spec-ta-cu-lair.’

Ik zie er toch maar van af. Niet dat ik deze mijlpaal miste – integendeel, ik ben Jamie’s grootste fan, ik arriveerde keurig op tijd.

Alleen, zo spectaculair was het niet.

zondag 15 mei 2011

One fine morning

Op Art Amsterdam trakteerde ik op een harde wener. Dat is volgens de Van Dale een soort raskonijn; mij doet het eerder denken aan een stijve jongeheer. Het bleek een fijn, rond gebakje. Met zo’n genot zou ik raskonijn noch jongeheer ooit verslinden. Mijn vriendinnetje C. al helemaal niet – zij had, ocharme, last van plankenkoorts.

Straks werd ze verwacht in de VIP-lounge, om deel te nemen aan een symposium. Ze viel in voor haar baas, een Belgische kunstverzamelaar die tegen C. iets als ‘fuck it’ had gezegd, ‘ga jij maar naar Amsterdam, ik vertrek naar New York.’

Daar zat C. dan, tussen de bejaarde bobo’s. En ze moest als laatste, ook dat nog.

woensdag 11 mei 2011

De zonnebloem

Nu ik mijn kleine baby af en toe kan uitbesteden, beklim ik voor het eerst in maanden de trappen naar mijn schrijvershol. Haast alles is hetzelfde gebleven. Op het tapijt heeft zich een nieuwe vlek gevormd, waarvan niemand het fijne weet. Mijn bureaustoel is zoek, en vervangen door een nog krakkemikkiger exemplaar. En de keukenhanddoeken ruiken naar natte skisok – alsof ze al die tijd al op de radiator hangen (maar dat is volkomen ondenkbaar).

Er is slechts één iets veranderd: op de keukentafel staat een plantje. Een zonnebloem met kinderachtig gele manen.

Hij treurt, de zonnebloem.

zondag 8 mei 2011

Het zijn de hormonen, schat

En – klik – weer €61,35 armer. Ik, hormonaal? Bepaald niet: de Milk Trays zijn handig, zó handig dat €26,95 (exclusief verzendkosten) echt helemaal niéts is.

Was ik slechter af zonder de ‘nieuwste manier om afgekolfde melk in te vriezen in staafjes van 30 ml’? Voldoen de 49 Ziploc-zakjes in de keukenla niet meer? Kortom, hoe noodzakelijk was deze aankoop?

Noodzaak is geen criterium. Nut wel. Laat me even de voordelen opsommen, afkomstig van SmartMama.nl:
  1. Je kan de bevroren melk ‘heel makkelijk verwijderen uit de flexibele tray’! Met andere woorden: ‘Het is geen opbergsysteem, maar een invriessysteem.’ 

woensdag 4 mei 2011

Voor je het weet lijk je op Kluun

Pas als tram 2 haar gezichtsveld doorklieft, beseft ze dat ze zat te staren naar de luifel van POMPIDOU – RESTAURANT – WIJNBAR. Er zit mos op de luifel. Het ding gaat dan ook nooit dicht, en het restaurant nooit open. Des te beter: Pompidou serveert ‘panchetta’ en ‘truffelcréme’, en daar kan ze niet tegen.

“Eén muntthee!”

Ze glimlacht. Sylvia Witteman schoot haar weer eens te binnen: muntthee is ‘heet water met muntstruik’.

Via Twitter complimenteert ze Sylvia weleens, maar een antwoord krijgt ze niet.

Sylvia’s busy, denkt ze dan, too busy to come to the phone.